Door
Jeanet van Zoelen
Medewerker Vogelbescherming
Geplaatst op 15 november 2023
Voor je begint met voeren: richt je tuin zo in dat vogels er natuurlijk eten vinden. Dat is een stuk gezonder voor ze dan alleen bijvoeren. Ook belangrijk: een dichte of stekelige struik, haag of boom waar vogels veilig kunnen schuilen en broeden. Natuurlijk vogelvoedsel is bijvoorbeeld:
Maak voerplanken, -huisjes en -silo's en waterschalen verder regelmatig schoon. Want rottend, schimmelend voer, daarmee help je vogels van de regen in de drup. Hygiënisch bijvoeren is van het grootste belang.
De groenling en alle soorten vinken en mussen (met uitzondering van de heggenmus) zijn echte zaadeters, met een forse, dikke snavel om zaden en pitten te kraken. Voer ze voedertafelmix of strooivoer, allerlei granen, gebroken mais, zonnebloempitten, onkruidzaden vetbollen en pinda’s. Ze eten liefst op een (sneeuwvrije) plaats op de grond, of op een voedertafel (al worden ze ook steeds handiger met silo's). Veel van deze zaadeters overwinteren in groepen en ze wijzen elkaar de weg naar voedzame hapjes.
Voor deze insecteneters met hun dunne priegelsnavels is het wat behelpen in de winter. Blij zijn ze met (gevriesdroogde) meelwormen of insectenmix. Ook een fijn zaadmengsel, ongekookte havermout of wat broodkruimeltjes zijn geschikt, want ze passen hun dieet een beetje aan als de nood hoog is. Leg het voer op wel tien beschutte plekjes op de grond in de tuin en geef niet in één keer heel veel, maar herhaaldelijk een klein beetje. Ze rommelen namelijk een paar keer per dag de tuin door en volgen dan een soort ‘voedselroute’ van kansrijke plekjes.
Pimpel- en koolmees zitten in vrijwel elke tuin, maar staart-, kuif- en zwarte mees komen ook nog wel eens aanwippen als je bijvoert. Mezen zijn echte acrobaten, dus hang eten voor ze in de boom of aan de schutting: pindaslingers, vetbollen in een houder en kokosnoten aan een touwtje. Ze zijn echter ook te porren voor vogelpindakaas en zonnebloempitten of silomix in de voedersilo of een voerhuisje. Vetbollen en pindaslingers zijn trouwens leuk zelf te maken met de (klein)kinderen.
Merel, zanglijster, kramsvogel, koperwiek en spreeuw eten in de winter graag halve (rotte) appels of peren en krenten of rozijntjes. Maar ze lusten ook zoutloze etensresten, verkruimelde vetbollen of strooivoer, want ze zijn helemaal niet kieskeurig. Ze kunnen wel erg competitief zijn, dus maak ver uit elkaar drie of vier voerplekken op de grond, dan loopt het tenminste niet uit op knokpartijen.
Veel vogelvoer heb je misschien zonder dat je het weet gratis en wel in huis (rot fruit, restjes havermout, of een klein restje gekookte, ongezouten aardappel of rijst). Kijk wel uit met kookrestjes: voer weinig en zorg dat het voor de nacht op is, want het bedeft snel. Dan is het juist weer ongezond voor vogels.
Koop je voer, doe het dan bij Vogelbescherming. Dan weet je zeker dat het de juiste bestanddelen bevat, voedzaam en gezond is en met de grootst mogelijk zorg is geproduceerd. Tegelijk steun je daarmee ook nog ons beschermingswerk. Kijk voor het uitgebreide assortiment op www.vogelbeschermingshop.nl.
In onze webshop vind je alles voor en over vogels. Van vogelgidsen en verrekijkers tot nestkasten en vogelvoer. Met elke aankoop steun je ons werk en help je kwetsbare vogels beschermen.
In deze gratis vogelcursus voor beginners leer je van Nico en Camilla in tien vogellessen veel tuinvogels en hun geluiden herkennen. Met handige tips, filmpjes en ezelsbruggetjes. Je ontvangt meteen de eerste vogelles per mail.