Geplaatst op 5 maart 2014
De rode wouw is een maat groter dan de buizerd en heeft een spanwijdte van zo'n 1.45 tot 1.65 meter. Kenmerkend zijn de slanke hoekige vleugels, waarmee rode wouwen door de lucht lijken te dansen. In hun vlucht draaien ze voortdurend met hun roodbruine staart en opvallend daaraan is de zwaluwstaartvorm. Bij een gespreide staart is die V-vorm wat minder goed te zien, maar toch altijd nog zichtbaar.
Een volwassen exemplaar in broedkleed heeft een roodbruin lichaam en lichtgrijze kop. Rode wouwen broeden onder andere in zuidelijk Scandinavië en Oost-Europa en deze broedvogels doen tijdens hun trek vanuit Afrika regelmatig Nederland aan. Door de milde winters blijven echter steeds meer Zweedse rode wouwen overwinteren in hun broedgebied. Een enkele keer broedt er een paar in ons land.
De zwarte wouw heeft een formaat dat tussen een buizerd en rode wouw inzit. Zo varieert de vleugelwijdte tussen 1.35 en 1.55 meter. Het verenkleed van de zwarte wouw is bepaald niet zwart, maar meer donkerbruin. In zijn geheel maakt de vogel een donkerder indruk dan de rode. Zijn staart is veel minder diep gevorkt dan die van de rode wouw. Wanneer de vogel tijdens de vlucht zijn staart spreidt is die zelfs eerder recht afgesneden dan dat er nog iets van een V-vorm te bespeuren valt. Ook zwarte wouwen zijn behendige vliegers.
De zwarte wouw is waarschijnlijk de algemeenste roofvogel van de wereld en komt op bijna alle continenten voor. De vogels die we tijdens de trek vanuit Afrika in ons land kunnen waarnemen, broeden voornamelijk in Duitsland. Net als de rode broedt de zwarte wouw slechts sporadisch in Nederland. met de laatste jaren één broedpaar in het uiterste zuiden van Limburg.