Navigatie overslaan
Grauwe gans - Jouke Altenburg

Algemeen

Bij de bescherming van vogels en hun leefgebieden spelen veel wetten en regels een rol. Vogelbescherming heeft met al die wetten en regels te maken. We denken vaak mee bij het opstellen ervan, en we gebruiken ze als 'gereedschap' in ons werk.

Eerste vogelwet

Ruim een eeuw geleden waren er nauwelijks regels om de natuur te beschermen. Het besef dat wij bewuster met de natuur moesten omgaan ontstond pas toen een aantal soorten dreigden uit te sterven. De eerste wet om vogels te beschermen was echter vooral bedoeld om ervoor te zorgen dat er voldoende vogels waren... om op te jagen.

In 1899 werd Vogelbescherming Nederland opgericht, uit protest tegen het gebruik van dode vogels als versiering in de mode. En ook Natuurmonumenten is rond die tijd opgericht. Mensen kregen aan het begin van de twintigste eeuw steeds meer het besef dat de natuur bescherming verdient.

Vogels én leefgebied

De eerste Vogelwet uit 1912 verbood het doden en verstoren van vogels. Pas tientallen jaren later ontstonden ook wetten ter bescherming van hun leefgebied. Vogelbescherming heeft steeds zijn best gedaan voor het verbeteren van de wetten en regels. De Flora- en faunawet, die begin deze eeuw in de plaats is gekomen van de Vogelwet en de Jachtwet, biedt bescherming aan alle inheemse vogels. De Natuurbeschermingswet 1998 biedt bescherming aan de belangrijkste leefgebieden van vogels. Die wetten zullen naar verwachting op 1 januari 2017 worden vervangen door de Wet natuurbescherming die bescherming blijft bieden aan alle inheemse vogels en hun belangrijkste leefgebieden.

Europese regels

Vogels kennen geen grenzen. En ook in het buitenland zijn er bedreigingen voor 'onze' trekvogels. Bijvoorbeeld door jacht of door het verdwijnen van hun overwinteringsgebied. Daarom is het niet voldoende alleen op Nederlands grondgebied vogels en leefgebieden te beschermen. Op Europees niveau heeft Vogelbescherming meegewerkt aan het tot stand komen van de Vogelrichtlijn uit 1979 en de Habitatrichtlijn uit 1992. Europese landen werken daarbij aan de ontwikkeling van een ecologisch netwerk van beschermde natuurgebieden. Dit initiatief heet Natura 2000.

Wereldwijde regels

Ook wereldwijd zijn er afspraken gemaakt om de natuur te beschermen. Zo zijn bijna 200 landen aangesloten bij het verdrag inzake biologische diversiteit uit 1992. Dit verdrag is gericht op het behoud van biodiversiteit en duurzaam gebruik van bestanddelen daarvan, inclusief het voorkomen dat soorten uitsterven. Andere belangrijke mondiale natuurbeschermingsverdragen zijn:

  • de overeenkomst inzake watergebieden van internationale betekenis, in het bijzonder als verblijfplaats voor watervogels (Ramsar verdrag, 1971);
  • de overeenkomst inzake de bescherming van het cultureel en natuurlijk erfgoed van de wereld (UNESCO werelderfgoedverdrag, 1972); en
  • het verdrag inzake de bescherming van trekkende wilde diersoorten (verdrag van Bonn, 1979).

In het kader van het verdrag van Bonn zijn verschillende overeenkomsten en andere instrumenten tot stand gekomen die zijn gericht op bescherming van trekvogels. De belangrijkste daarvan is de overeenkomst inzake de bescherming van Afrikaans-Euraziatische trekkende watervogels (AEWA, 1996). In 2014 is in het kader van het verdrag van Bonn een actieplan vastgesteld voor trekkende landvogels (AEMPLAP).