Geplaatst op 1 december 2025
Gerda groeide op als enig kind in een vrijstaand huis in Driebergen, in een wit sprookjeshuis. Met een enorme tuin, strak bijgehouden door Gerda’s moeder. Het gras kort, de tegels recht, alles in het gelid. Maar gelukkig stond daar óók dit vogelhuisje, waar de vogels elke dag op afkwamen.
Gerda’s jeugd was streng en sober. Ze trouwde niet, bleef bij haar ouders wonen en moest zich voegen naar haar moeders regels. Moeders wil was wet. Totdat moeder overleed.
Gerda was toen 50. En alle remmen gingen los. Het grijze muisje veranderde in een paradijsvogel. Letterlijk. De grote, saaie, bruine bril vloog de prullenbak in en werd vervangen door een knalrood exemplaar. Daarbij rode schoenen, felle truien – hoe bonter, hoe beter.
Het eerste wat ze deed na haar moeders dood? Een aannemer bellen. De achtergevel ging eruit, een serre kwam erin. En de tuin? Die veranderde in een wilde oase met een vijver, bomen en bessenstruiken. Hoe chaotischer, hoe mooier, vond Gerda. Het vogelhuisje zette ze pontificaal naast de serre, zodat ze de vogels van dichtbij kon volgen.
Gerda genoot. Van de tuin. Van de vogels. Van haar vrijheid. Ze kocht een Volkswagen Kever en reisde er kriskras mee door Europa. Ze schilderde, ze schreef. Kortom, ze leefde. En elk voorjaar was ze in de ban van de explosie aan leven in haar achtertuin. Voor Gerda was dát pas echt geluk: meesjes en merels in haar tuin, bij dat vogelhuisje.
Ik heb Gerda nooit ontmoet. Pas na haar dood hoorde ik voor het eerst over haar bestaan. We ontvingen het bericht dat er een 88-jarige mevrouw was overleden, zonder familie, en dat ze ál haar bezittingen aan Vogelbescherming had nagelaten.
En dus ging ik samen met een paar collega’s kijken. We troffen een huis vol verhalen. We zagen de zwarte piano in de gang. De Kever in de garage. Stapels boeken en schilderijen – oude in gouden lijsten, nieuwe van haarzelf. Kasten vol excentrieke kleding en ja, ook de rode schoenen. Er lagen dagboeken, brieven, ansichtkaarten. En zo leerden we Gerda een beetje kennen, aan de hand van de spullen die ze had achtergelaten.
In de serre troffen we haar bed, de plek waar ze de laatste jaren van haar leven doorbracht. Op het tafeltje ernaast lag een vogelgids, opengeslagen. Alsof ze er net nog in had zitten bladeren.
En in de overwoekerde tuin vonden we dit vogelhuisje. Half vergaan, gammel. Toch hebben we het meegenomen. We knapten het op, en zo kreeg het een nieuwe plek, in de tuin bij ons kantoor. Als een herinnering aan Gerda.
Gerda liet ons zien hoe belangrijk vogels voor óns als mens zijn. Juist ook als je ouder wordt. Wanneer je wereld kleiner wordt, omdat vrienden en familie wegvallen. Wanneer je minder makkelijk de deur uitgaat, voor een ommetje of een praatje. Dan zijn vogels er altijd. Voor je raam, op je balkon, in je tuin. Ze zorgen dagelijks voor kleine verrassinkjes, voor geluksmomentjes, voor leven in de brouwerij.
Gerda liet al haar bezittingen na aan Vogelbescherming, misschien wel vanuit de gedachte dat anderen dat geluk ook moeten kunnen blijven ervaren.
Als je de volgende keer bij ons in de winkel bent, kijk dan eens in de tuin naar het wit-rode vogelhuisje. En denk aan Gerda.
Onze winkel is geopend van dinsdag t/m vrijdag van 09.30-17.00 uur.
Op zaterdag, zondag en maandag is de winkel gesloten.
Jouw liefde voor vogels en natuur kan ook in de toekomst verschil blijven maken. Steeds meer mensen kiezen ervoor om Vogelbescherming een plek te geven in hun testament. Met een nalatenschap help je ons om vogels blijvend te beschermen.