Rough-legged Buzzard, Buteo lagopus - Sperwerachtigen (Accipitridae)
De ruigpootbuizerd is de buizerd van het noorden, die leeft van lemmingen en woelmuizen. Een echte trekvogel die bij ons van oktober tot april wordt gezien in open land. Hij is behoorlijk zeldzaam en pas op: buizerds met kleur en tekening die lijken op die van de ruigpoot zijn algemeen en worden vaak aangezien voor ruigpootbuizerd.
De ruigpootbuizerd heeft lange vleugels en vliegt met soepele, trage vleugelslag. Heel anders dan buizerd met zijn stijve, snellere vleugelslag. De staart heeft een witte basis en een of meer zwarte banden. Onder de vleugels zitten grote zwarte polsvlekken en de meeste ruigpoten hebben een zwart buikschild. Van dichtbij is het bevederde loopbeen te zien. Bidden doen zowel buizerds als ruigpootbuizerds. Maar de ruigpoot doet dat wel vaker.
Miauwende roep, lijkt op die van buizerd. Niet in Nederland te horen.
45-63 cm, spanwijdte 120–153 cm
Paren zijn territoriaal. Baltsvluchten om territorium te markeren. Bouwt nest gewoonlijk op de grond, op een rotsrichel, heel soms in een lage boom. Broedtijd mei-juni. Eén legsel, aantal eieren sterk afhankelijk van hoeveelheid voedsel. In jaren met weinig voedsel 2-3 eieren, als er veel voedsel is wel 5-7. Broedduur 28-31 dagen, begint na leggen eerste ei. Jongen vliegvlug na 34-45 dagen. Worden nog 3-5 weken gevoerd.
In open duin, grote heidevelden en hoogvenen, ook wel akkers, weilanden en jonge bosaanplant. Op trek ook in andere landschappen. Broedt op toendra's, in open taiga en in bergachtige gebieden en hoogvlaktes.
Kleine zoogdieren: vrijwel uitsluitend woelmuizen en in het broedgebied lemmingen. Zelden grotere prooien en dan alleen als er gebrek is aan kleine zoogdieren. Jaagt veel vanuit de lucht, in rustige glijvlucht, vaak onderbroken door langdurig bidden. Ook wel vanuit zit, een paaltje, lage boom of vanaf de grond.
Verlaat de noordelijke broedgebieden geheel en trekt in Europa vanuit Scandinavië vooral zuid- en zuidoostelijk weg, naar Midden en Oost-Europa, zuidelijk tot in de Balkan en Noord-Griekenland. In Nederland te zien vanaf oktober tot in april. In jaren met een goed broedsucces, veel oostenwind in de trektijd of veel sneeuw zijn er bij ons meer dan in andere jaren.
wintergast in uiterst klein aantal
Neemt sinds 1980 af als wintervogel; de aantallen in de laatste tien jaar zijn te laag om een trend te berekenen. In sommige jaren invasies, zoals in de herfst van 2011.
Aantal broedparen | Geen broedvogel |
Geschat maximum aantal overwinteraars | 50-80 (in 2013-2015) |
Doortrekkers | 1-100 (in 2008-2012) |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
In normale winters vooral in en rond de Oostvaardersplassen, in de Lauwersmeer en op de Waddeneilanden. In invasiejaren op veel meer plaatsen in open land met veel veldmuizen.
Fenno-Scandinavië en Noord-Rusland.
Had vroeger veel te lijden van vervolging en vergiftiging door pesticiden. Sterfte verder door verkeer, elektrocutie (hoogspanningsleidingen) en als bijvangst in vallen van pelsjagers.
Ruigpootbuizerds profiteren van woelmuisrijke situaties, in dynamische, natuurlijke open landschappen (duinen, kwelders) en in boerenland.
Vindt u een dode, verzwakte of gewonde ruigpootbuizerd, neem dan contact op met de Werkgroep Roofvogels Nederland.
De ruigpootbuizerd is een beschermde inheemse diersoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, is de ruigpootbuizerd beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de ruigpootbuizerd is in Nederland geregeld in de Wet natuurbescherming.
De Wet natuurbescherming bevat een aantal verboden handelingen die van toepassing zijn op alle inheemse vogels. Deze verboden gelden in heel Nederland. De wet verbiedt:
Overtreding van deze verboden is een economisch delict en kan leiden tot strafrechtelijke vervolging. De verboden worden ook bestuursrechtelijk gehandhaafd. Uitzonderingen op de verboden zijn opgenomen in de wet en de bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De wet voorziet in een algemene bevoegdheid voor de provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) om onder strikte voorwaarden een ontheffing of vrijstelling te verlenen van de verboden (artikel 3.3).
Er zijn geen natuurgebieden voor deze soort aangewezen op grond van de Wet natuurbescherming. De soort komt slechts in beperkte mate op doortrek in Nederland voor.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal