Sommige gegevens die door deze provider worden verzameld, zijn bedoeld voor personalisatie en het meten van de effectiviteit van advertenties.
Sommige gegevens die door deze provider worden verzameld, zijn bedoeld voor personalisatie en het meten van de effectiviteit van advertenties.
Sommige gegevens die door deze provider worden verzameld, zijn bedoeld voor personalisatie en het meten van de effectiviteit van advertenties.
Ferruginous Duck, Aythya nyroca - Eenden (Anatidae)
Een witoogeend vinden of zelfs alleen maar zien in Nederland is een ware traktatie voor elke vogelaar. Het is namelijk de zeldzaamste duikeend van Europa, die hier slechts zeer af en toe tot broeden komt. Een kleine kastanjebruine eend, met een typisch kopprofiel: hoog voorhoofd en wat spitse kruin. Alleen de mannetjes hebben de witte iris waar ze hun naam aan danken.
Witoogeenden zijn kleine duikeenden, met een relatief lange hals en snavel. Mannen zijn diep kastanjebruin met een roodpaarse gloed. Vrouwen zijn donkerbruin met roodachtige kop. Kopprofiel is bijna eivormig: stijl voorhoofd met hoogste punt in midden van de kruin. Opvallend is de witte iris waaraan de soort zijn naam te danken heeft. Alleen volwassen mannen hebben deze overigens. Ook kenmerkend is de scherp afgesneden wit 'achterwerk' (maar let op: vrouwen kuifeend kunnen ook opvallend veel wit onder hun staart hebben). Als ze vliegen, is de met zwart begrensde brede witte vleugelstreep over de gehele bovenvleugel zichtbaar. Daarnaast valt de witte buikvlek op, die bij mannen bij de borst wat scherper begrensd is dan bij vrouwen. Rug is zeer donker; flanken wat lichter. Wat moeilijker te zien is de zwarte halsring.
Doorgaans zwijgzame eend. Opvallend is wel de kenmerkende vluchtroep van de vrouw: een ïndringend "err, err, err". De man heeft onder meer een hard klinkende staccato baltsroep: "kük-kük-kük" en ook "wie-ju".
38-42 cm, spanwijdte 63-67 cm
Doorgaans brengen witoogeenden één nest per jaar groot. Al in januari worden de paren gevormd en tussen midden april en eind juni wordt er gebroed. Het nest is een platform dat gebouwd wordt op het water, verscholen in oevervegetatie. De vrouw bouwt het nest met plantmateriaal uit de directe omgeving. De 7 tot 10 eieren worden bedekt met dons als de vrouw het nest verlaat. Na 24-28 dagen komen de eieren uit. De kuikens zijn nestvlieders, die binnen een etmaal na het uitkomen het nest verlaten en direct zelf hun kostje bij elkaar kunnen scharrelen. Ze worden wel begeleid en bewaakt door de moedereend. Na 55-60 dagen zijn ze vliegvlug.
Witoogeenden zijn broedvogels van veenplassen en vijvers met veel vegetatie en voedsel. Komt als broedvogel zeer verspreid voor, van het Iberisch schiereiland en Marokko tot oostelijk China. In Europa met name in Midden- en Oost-Europa. In het winterhalfjaar kunnen ze in vrijwel alle landen van Europa opduiken (behalve Scandinavië), terwijl een groot deel overwintert in de Sahel-zone, het Midden-Oosten en zuidelijk Azië.
Het dieet van witoogeenden bestaat vooral uit zaden van waterplanten, maar ook uit stengels, bladeren en wortels. Het zijn omnivoren, dus ze eten ook dierlijk voedsel, zoals insectenlarven, weekdieren, kleine vissen en amfibieën. De voornaamste foerageermethode is duiken, maar de soort maakt ook gebruik van technieken die typisch zijn voor grondelende eenden, zoals kop volledig onder water en staart omhoog of alleen met de snavel onder water gaan.
De noordelijke populaties van witoogeend zijn trekvogels die overwinteren in het Middellandse Zeegebied, centraal Afrika en zuidelijk Azië. Maar over de precieze trekroutes is nog weinig bekend. De najaarstrek begint in september en is het sterkst in oktober. Voornamelijk in maart en april keren de witoogeenden dan weer terug naar de broedgebieden.
De witoogeend heeft het moeilijk in Europa. Het broedareaal en de aantallen nemen zodanig af dat de soort sinds de eeuwwisseling de status 'bijna bedreigd' heeft gekregen. Het is een jaarlijks in Nederland voorkomende soort. Kan in alle maanden van het jaar hier opduiken, met als kleinste kans de maanden juli en augustus. In de jaren '50 van de vorige eeuw konden door zeer voedselrijke situaties grotere aantallen worden waargenomen. Tegenwoordig gaat het om hooguit enkele tientallen exemplaren per jaar, waarvan een deel uit gevangenschap afkomstig is of uit herintroductieprojecten in bijvoorbeeld Duitsland. In Nederland komen jaarlijks hooguit enkele paren tot broeden. Omdat witoogeenden zo zeldzaam zijn, vormen ze daarbij vaak paren met kuifeend of tafeleend. Zuivere paren zijn zeer zeldzaam.
Aantal broedparen | 0-3 (in 2023) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | 10-15 (in 2012/13-2014/15) |
Doortrekkers | 1-100 (in 2007/08�2011/12) |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Januari is de kansrijkste maand voor witoogeend in Nederland. Zoek ze in waterrijke gebieden, zoals de randmeren, Vechtplassen en de moerasgebieden van Noordwest-Overijssel.
De witoogeend is de zeldzaamste duikeend van Europa. Het broedareaal neemt al lange tijd zodanig af dat de soort als bedreigd wordt beschouwd. Het zwaartepunt van de verspreiding ligt in Roemenië (Donaudelta), Kroatië en Turkije, maar in de meeste landen van Midden- en Zuid-Europa is broeden vastgesteld.
Deze soort geldt wereldwijd als 'bijna bedreigd'. Zeker in Europa nemen het broedareaal en de aantallen al langere tijd sterk af. De situatie in Azië is wat minder duidelijk en kan van jaar tot jaar sterk verschillen, door fluctuerende waterstanden.
Vogelbescherming zet zich in voor een algehele verbetering van de natuurkwaliteit in Nederland. Daar profiteren ook zeldzame soorten van.
Verstoor zeldzame vogels niet en respecteer de aanwijzingen van terreinbeheerders. Gemeenten, provincies, waterschappen en het Rijk kunnen belangrijk bijdragen aan een basiskwaliteit natuur in Nederland, waardoor het voor vogels aantrekkelijker wordt om in Nederland te verblijven.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal