Mandarin, Aix galericulata - Eenden (Anatidae)
De mandarijneend is een exotische verschijning die je eigenlijk niet in Nederland zou verwachten. Oorspronkelijk komt hij dan ook voor in Oost-Azië. Maar mandarijneenden zijn vanwege hun kleurrijke en fijne uiterlijk een geliefde toevoeging aan watervogelcollecties. Ontsnapte vogels uit dergelijke collecties broeden sinds eind vorige eeuw ook in Nederland. Het mannetje is opvallend getekend en heeft sierlijke oranje veren die boven het achterlijf uitsteken.
Kleine eend, waarvan het mannetje een opvallend en kleurrijk verenkleed heeft. De kruin is paars, oranje en groen gekleurd en een brede witte wenkbrauwstreep loopt van het oog tot in de nek. De mandarijneend heeft oranje bakkebaarden en boven het achterlijf uitstekende oranje veren. De borst is paars en de flanken zijn oranjebruin. Vrouwelijke vogels zijn grijsbruin met maar een kleine wenkbrauwstreep en gevlekte flanken.
Nogal zwijgzaam; man maakt oplopend fluitend geluid.
41-49 cm, spanwijdte 65-75 cm
Broedt in Europa van april tot in juni en heeft in die periode één legsel van meestal 8-12 eieren. De mandarijneend broedt in losse paartjes in (boom)holtes. Broedduur: 28-31 dagen. De jongen verlaten deze holte na 1 dag en kunnen na 60 dagen vliegen.
Ontsnapte vogels uit collecties broeden in Nederland in gebieden met oude bomen, omdat in die bomen de holtes te vinden zijn waarin de mandarijneend nestelt. Het nest bevindt zich in de buurt van meren en rivieren met een rijke oevervegetatie. Ook buiten het broedseizoen verblijft de mandarijneend op wateren in bosrijk gebied, en op dichtbegroeide eilandjes.
Mandarijneenden eten in de zomer voornamelijk waterinsecten, die dan in groten getale te vinden zijn. De rest van het jaar eten ze, zo nu en dan afgewisseld met een slak, voornamelijk plantaardig materiaal. Denk daarbij aan zaden en noten.
Aziatische populaties migreren naar zuidelijkere streken in Azië, waar ze omstreeks april aankomen en in september weer wegtrekken. Maar de populatie in Europa - waarvan de meeste vogels in Groot-Brittannië leven - bestaat over het algemeen uit standvogels.
zeer schaarse broedvogel | jaarrond aanwezig
In Nederland broeden ontsnapte mandarijneenden vanaf ongeveer 1970. Landelijk is het aantal toegenomen van ongeveer tien broedparen rond 1980 naar ongeveer 250 rond de eeuwwisseling en vlakt sindsdien af.
Aantal broedparen | 350-450 (in 2018-2020) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | 600-1200 (in 2013-2015) |
Doortrekkers | Broedvogel - jaarrond aanwezig |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
De grootste kans op het aantreffen van mandarijneenden heb je in oude parken en tuinen, bij beken en meren.
De exotische mandarijneend komt geleidelijk aan meer voor in Noordwest-Europa, met de grootste aantallen in Groot-Brittannië.
De mandarijneend is een exoot. Wereldwijd zijn exoten een van de belangrijkste oorzaken van de achteruitgang van de biodiversiteit. Als het om vogels in Nederland gaat, kijkt Vogelbescherming er vooral naar of het voorkomen van een dergelijke vogel negatieve effecten met zich meebrengt voor inheemse soorten. Als dat niet zo is, stelt Vogelbescherming voor de soort te gedogen.
Voor de mandarijneend worden geen specifieke beschermingsmaatregelen genomen. Vogelbescherming pleit voor een goede monitoring van alle exoten, om te kunnen beoordelen of er geen negatieve effecten optreden voor inheemse soorten. (Exoten zijn vogels die buiten het gebied voorkomen waar die soort van nature voorkomt en niet zou voorkomen zonder directe of indirecte introductie door de mens of zonder menselijke hulp.)
Vogelbescherming is geen voorstander van het houden van vogels in gevangenschap. Mocht je eenden willen houden, zorg ervoor dat zij niet ontsnappen en zich in het wild vestigen.
De Mandarijneend is een niet-beschermde uitheemse soort. De soort geniet geen bescherming op grond van de Europese Vogelrichtlijn en de Nederlandse Wet natuurbescherming, omdat de soort niet van nature in het wild voorkomt in de Europese Unie. Het gaat om uitheemse dieren die door de mens zijn geïntroduceerd buiten hun natuurlijke verspreidingsgebied en zich in de vrije natuur hebben weten te handhaven en voortplanten. Er zijn verschillende regels van toepassing op uitheemse soorten.
De Wet natuurbescherming bevat verschillende algemene regels die ook van toepassing zijn op uitheemse soorten. Het gaat om:
Het algemene verbod op dierenmishandeling uit de Wet dieren (artikel 2.1) is ook van toepassing op uitheemse diersoorten.
De Mandarijneend staat (nog) niet op de Europese lijst van zorgwekkende invasieve uitheemse soorten die is vastgesteld op grond van EU verordening 1143/2014 betreffende de preventie en beheersing van de introductie en verspreiding van invasieve uitheemse soorten. Deze verordening bevat diverse ge- en verboden ten aanzien van de soorten op de Europese lijst, zoals een import- en handelsverbod, maar ook een bezit- en fokverbod. Onder de Wet natuurbescherming zijn de provincies verantwoordelijk voor het zo veel mogelijk reduceren van de populaties van door de Minister van Economische Zaken aangewezen invasieve exoten (artikel 3.19).
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal