Rose-ringed Parakeet, Psittacula krameri - Papegaaien (Psittacidae)
Halsbandparkieten zijn knalgroene en luidruchtige vogels, afkomstig uit India en Centraal-Afrika. Het gaat in Nederland oorspronkelijk om ontsnapte en losgelaten kooivogels die verwilderd zijn en populaties hebben gevormd. Halsbandparkieten zijn holenbroeders, die ook in nestkasten broeden. Concurrentie met kauwtjes, spechten en uilen om beschikbare broedholten lijkt slechts in geringe mate te spelen. Het broedsucces lijkt vrij laag.
Heldergroen van kleur met donkerdere slagpennen. Mannetjes hebben daarnaast een zwarte kin- en keelvlek en een zwarte lijn over de hals lopen die uitloopt in een oranjeroze halsband op het achterhoofd. Vrouwtjes hebben dat niet en zijn effen. Zeer korte, scherp omlaag gebogen haaksnavel (kleine papegaaiensnavel). Luidruchtig en slaapt in de winter in grote groepen in bomen.
Vaak krijsend, bijvoorbeeld in geval van gevaar.
39-43 cm
Broedt tussen januari en juni. De halsbandparkiet broedt in los kolonieverband en heeft één legsel per jaar met 3 of 4 eieren (soms 6). Broedduur: 22-24 dagen. Ze broeden in natuurlijke holen in oude platanen of andere loofbomen, ook in spechtenholen. De jongen zitten 49-50 dagen op het nest.
Stadsparken en tuinen zijn in Nederland veruit favoriet. Het nest wordt in een solitaire boom gemaakt, vaak in een oud spechtenhol op flinke hoogte. De halsbandparkiet is in Nederland voor een zeer belangrijk deel afhankelijk van bijvoedering; zonder die hulp zouden ze de voedselschaarste in de winter niet overleven. Daarom komen zij buiten de stedelijke gebieden niet veel voor.
Het voedsel bestaat uit zaden, vruchten en vooral pinda's.
Halsbandparkieten zijn in Nederland standvogels. Vooral buiten het broedseizoen zoeken halsbandparkieten elkaar op in slaapbomen, daar kunnen ze in zeer grote groepen bijeenkomen.
vrij schaarse broedvogel | jaarrond aanwezig
Nadat de eerste halsbandparkieten in de jaren '60 van de vorige eeuw door de mens zijn losgelaten of ontsnapt uit kooien, bleek de soort zich in Nederland vrij goed te kunnen handhaven. In Amsterdam en Den Haag bevinden zich inmiddels ware bolwerken en de soort breidt zich nog altijd uit.
Aantal broedparen | 2500-3000 (in 2018-2020) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | 10.000-12.000 (in 2013-2015) |
Doortrekkers | Broedvogel - jaarrond aanwezig |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Hoogste dichtheden in Den Haag en Amsterdam, ook in steeds meer andere plaatsen in de Randstad.
In Europa heeft de halsbandparkiet op enkele plaatsen een min of meer permanente populatie weten te vormen. Enkele daarvan zijn inmiddels weer uitgestorven, op andere plaatsen ontstaan weer nieuwe. Vooral in Zuidoost-Engeland, Nederland, België en Duitsland, maar ook in Italië, Spanje en Portugal.
De halsbandparkiet is geen inheemse soort, maar losgelaten of ontsnapt uit kooien. Vooral in het stedelijk gebied van de Randstad neemt het aantal toe. Mogelijk profiteert de halsbandparkiet daarbij ook van de toename van het aantal grote bonte spechten in laag-Nederland. In de Randstad zal de soort vermoedelijk in concurrentie zijn met de boomklever. Landelijk gezien is er op het niveau van de populatie geen sprake van concurrentie: in het laatste kwart van de twintigste eeuw is het aantal boomklevers verdubbeld.
Vogelbescherming houdt de ontwikkeling van de populatie in de gaten om tijdig eventuele problemen bij andere soorten te kunnen signaleren.
Halsbandparkieten profiteren in steden van het aanbieden van voer door mensen, met name ongebrande pinda's zijn geliefd. Er zijn voedersilo's verkrijgbaar met een beschermende constructie die grotere soorten zoals de halsbandparkiet buitensluit. De halsbandparkiet is te lenig gebleken voor onze voedersilo van het type 'London'. Op plekken waar halsbandparkieten houten nestkasten uitbijten die voor andere soorten zijn geplaatst, kan worden gekozen voor nestkasten die zijn gemaakt van houtbeton.
De halsbandparkiet is een niet-beschermde uitheemse soort. De soort geniet geen bescherming op grond van de Europese Vogelrichtlijn en de Nederlandse Wet natuurbescherming, omdat de soort niet van nature in het wild voorkomt in de Europese Unie. Het gaat om uitheemse dieren die door de mens zijn geïntroduceerd buiten hun natuurlijke verspreidingsgebied en zich in de vrije natuur hebben weten te handhaven en voortplanten. Er zijn een aantal regels van toepassing op uitheemse soorten.
De Wet natuurbescherming bevat verschillende algemene regels die ook van toepassing zijn op uitheemse soorten. Het gaat om:
Het algemene verbod op dierenmishandeling uit de Wet dieren (artikel 2.1) is ook van toepassing op uitheemse diersoorten.
De halsbandparkiet staat (nog) niet op de Europese lijst van zorgwekkende invasieve uitheemse soorten die is vastgesteld op grond van EU-verordening 1143/2014 betreffende de preventie en beheersing van de introductie en verspreiding van invasieve uitheemse soorten. Deze verordening bevat diverse ge- en verboden ten aanzien van de soorten op de Europese lijst, zoals een import- en handelsverbod, maar ook een bezit- en fokverbod. Onder de Wet natuurbescherming zijn de provincies verantwoordelijk voor het zoveel mogelijk reduceren van de populaties van door de Minister van Economische Zaken aangewezen invasieve exoten (artikel 3.19).
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal