Common Redstart, Phoenicurus phoenicurus - Vliegenvangers (Muscicapidae)
De gekraagde roodstaart is een vogelsoort van oude, parkachtige bossen met weinig ondergroei. Vooral te vinden op de hogere zandgronden en duinen die begraasd worden. Open plekken, oude bomen, graslanden of heiden moeten elkaar afwisselen. Ook in kleinschalig boerenland met oude, lommerrijke erven. Gekraagde roodstaarten zijn holenbroeders, die ook wel van nestkasten gebruikmaken. De gekraagde roodstaart is tegenwoordig niet meer zo algemeen als enkele decennia geleden.
Volwassen mannetjes hebben een oranjerode borst, zwarte keel, wit voorhoofd en grijze kruin en mantel. Vrouwtjes zijn minder opvallend getekend en hebben een grijsbruine rug en een beige onderzijde. Beide geslachten hebben een roestrode staart. Trilt vaak met staart, maar is verder tamelijk onopvallend.
Gevarieerde zang, met kenmerkend begin.
13-14,5 cm
Eileg half april tot in juli, meestal eind april - eerste helft mei. Is zeer plaatstrouw. Vaak keren ze terug naar de broedplaats van het jaar ervoor. Meestal hebben zij 2 legsels met doorgaans 6-7 eieren. Broedduur: 12-14 dagen. Nestelt in grote holen, nissen en nestkasten, meestal slechts op enkele meters boven de grond, en soms ook in de grond. De jongen zitten zo'n 13-15 dagen op het nest.
Komt voor in gevarieerde, oude gemengde bossen met open plekken (heidevelden, schraalgraslanden of andere open gebieden) met een ruim aanbod van spechtengaten in de bomen. Hoogstamboomgaarden zijn ook favoriet, maar die komen in ons land steeds minder voor. De gekraagde roodstaart komt daarom steeds minder voor in de grote veenweidegebieden en in het rivierengebied. Ook in Limburg opvallend schaars, wel algemeen in de Biesbosch.
Vooral insecten, in najaar ook bessen. Zoekt vooral naar voedsel op de grond, vanaf een zitplaats. Ook net als een vliegenvanger hoger in bomen. Op trek ook in meer open gebieden.
In de winter afwezig, in tegenstelling tot de zwarte roodstaart. De in ons land broedende gekraagde roodstaarten overwinteren merendeels in de Sahel-regio. De trek naar de overwinteringsgebieden vindt diffuus plaats, van juli tot in oktober. Ook veel Scandinavische roodstaarten trekken door Nederland. Voorjaarstrek van eind maart, maar meestal vanaf half april tot eind mei. Nachttrekker.
talrijke broedvogel | wegtrekkend | doortrekker in vrij groot aantal
Momenteel is de trend redelijk stabiel. Maar vergeleken met de jaren ’70 van de vorige eeuw komt de gekraagde roodstaart in het westen en noorden van ons land veel minder voor, hoewel deze soort daar toen ook niet erg algemeen was. Afhankelijk van de situatie in de overwinteringsgebieden zijn er pieken en dalen in de aantallen broedvogels in ons land.
Aantal broedparen | 20.000-25.000 (in 2018-2020) |
Geschat maximum aantal overwinteraars | aantal onbekend |
Doortrekkers | 10.000-50.000 (in 2008-2012) |
Bron: sovon.nl
Meer weten over trends? Kijk op sovon.nl.
Bron en meer waarnemingen: Waarneming.nl
Bossen in Oost-Nederland, onopvallend totdat het mannetje uitbundig begint te zingen. Ook veel in de Biesbosch en in bosrijke duinen.
De verspreiding over de verschillende Europese landen varieert sterk, maar Finland, Frankrijk en Duitsland huisvesten de grootste aantallen gekraagde roodstaarten. Ontbreekt in Ierland en IJsland.
De trend is redelijk stabiel. De achteruitgang sinds de jaren '70 van de vorige eeuw was grotendeels het gevolg van het verdwijnen van leefgebieden als hoogstamboomgaarden.
Vogelbescherming zet zich in voor meer natuurvriendelijke tuinen en erven (en verkoopt ook nestkasten). Daarin vinden gekraagde roodstaarten nestgelegenheid en voedsel. Verder zet Vogelbescherming zich in BirdLife-verband in voor de bescherming van de gekraagde roodstaart tijdens zijn trektocht naar het Sahel-gebied en ook in dat gebied zelf. Mede dankzij onze inzet kwam er een internationaal actieplan voor de bescherming van trekkende 'landvogels' zoals de gekraagde roodstaart, het African Eurasian Migratory Landbirds Action Plan. In de Sahel werkt Vogelbescherming onder meer aan leefgebiedherstel via het programma Living on the Edge. Om schoolkinderen in Nederland en in Burkina Faso bewust te maken van de bijzondere jaarlijkse reizen van de gekraagde roodstaart ontwikkelden we een lespakket.
De gekraagde roodstaart maakt gebruik van nestkasten. Daarbij hebben ze een voorkeur voor kasten met een langgerekte invliegopening, van ongeveer 32 mm breed en 40 tot 45 mm lang. De binnenmaten moeten ongeveer 12x12x25 cm bedragen.
De gekraagde roodstaart is een beschermde inheemse diersoort. Net als alle andere vogels die van nature in het wild in Nederland voorkomen, zijn gekraagde roodstaarten beschermd op grond van de Europese Vogelrichtlijn. De bescherming van de gekraagde roodstaart is in Nederland geregeld in de Wet natuurbescherming.
De Wet natuurbescherming bevat een aantal verboden handelingen die van toepassing zijn op alle inheemse vogels. Deze verboden gelden in heel Nederland. De wet verbiedt:
Overtreding van deze verboden is een economisch delict en kan leiden tot strafrechtelijke vervolging. De verboden worden ook bestuursrechtelijk gehandhaafd. Uitzonderingen op de verboden zijn opgenomen in de wet en de bijbehorende uitvoeringsregelgeving. De wet voorziet in een algemene bevoegdheid voor de provincie (en in sommige gevallen het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) om onder strikte voorwaarden een ontheffing of vrijstelling te verlenen van de verboden (artikel 3.3).
De Wet natuurbescherming biedt bescherming aan alle in gebruik zijnde nesten en rustplaatsen van vogels. De nestbescherming geldt voor alle soorten gedurende het broedseizoen en voor een beperkt aantal soorten jaarrond. Nesten van gekraagde roodstaarten zijn niet standaard het gehele jaar beschermd. Nader onderzoek kan nodig zijn, omdat de nesten wel jaarrond bescherming genieten als zwaarwegende feiten of ecologische omstandigheden dat rechtvaardigen. Er zijn geen natuurgebieden voor deze soort aangewezen op grond van de Wet natuurbescherming.
© Foto's: AGAMI © Illustraties vogels: Elwin van der Kolk © Video's: Natuur Digitaal