4x plezier met een Amelanchier

Begin je ook altijd pas in de lente met tuinieren? Begrijpelijk, maar toch een gemiste kans. Plant bomen, struiken, of planten juist in de herfst. Nu dus. De grond is warm en vochtig zodat graven goed gaat en wortels zich degelijk kunnen ontwikkelen. Dat zorgt voor een groeivoorsprong in de lente. Verder raakt de plant nu al in rust voor de winter, waardoor overzetten geen problemen oplevert.

Een aanrader voor iedere grote of kleine tuin is een krentenboompje of Amelanchier. Boom is namelijk een nogal overdreven woord voor de ‘krent’. Hij kan zeker ettelijke meters hoog en breed worden, maar laat zich ook moeiteloos in toom houden, tot aan bonsai-formaat toe. Hij verdraagt volle zon, maar is ook blij met een koele plek in de halfschaduw en groeit in alle grond als het maar niet te drassig is.

Als je er nú een in de tuin zet, kun je volgend jaar drie keer genieten: van de bloesem, de krenten en de kleuren. En er komen ook nog vrachten vogels op af. Da’s dus eigenlijk vier keer genieten.

De charme van het krentenboompje of -struikje (net hoe je snoeit) is allereerst de vroege bloei in maart of april. Het is dan net een suikerspin van fijne bloempjes. Die trekken de vroege, kleine insecten aan en daar zijn mussen als de kippen bij.

Direct na de bloei zie je vruchtjes vormen: de krenten. Ze kleuren snel van groen naar karmijnrood naar blauwzwart. De besjes zijn eetbaar voor zowel mensen als vogels: zoet maar een tikje melig. De naam is ontstaan doordat de bessen vroeger werden gedroogd en in plaats van krenten in gebak verwerkt.

Eet ze dus gerust op, maar laat er ook een boel hangen voor de vogels, die ze trouwens al groen en wel naar binnen schrokken, lang voordat ze rijp zijn. Met mezen of spreeuwen in de buurt, wordt het geheid dringen in de struik. Als alle krenten zijn geroofd, verkleurt vroeg in het najaar het blad naar goudgeel en koperrood. Kijk nu maar eens rond of je er één kunt ontdekken in andermans tuin.

‘Officieel’ mag snoeien pas als al dat prachtig verkleurde blad is afgevallen, maar stiekem maalt de krent nergens om. Maak daarvan gebruik en snoei vlak na de bloei (let op dat er geen vogels broeden!! Anders is het toch wachten geblazen.) Het voordeel daarvan is dat zich onder de wond direct nieuwe loten vormen, die het volgende voorjaar al bloesem geven. Wacht je netjes tot de winter met snoeien, dan vormen zich de nieuwe loten in het voorjaar, maar die bloeien pas het jaar daarop.