Jager der aristocratie

Johan Arts | woensdag 3 mei 2017 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 1152x

Ik neem u mee op reis, terug naar de Middeleeuwen. Het is in de tijd van de kruistochten dat de Heilige Roomse keizer Frederik II in het Midden-Oosten kennis maakt met de roofvogeljacht. Hij neemt dan ook een aantal valkeniers en haviken mee naar huis. Deze jachtvorm verspreidt zich dan ook snel in met name Engeland, Frankrijk en Scandinavie. Frederik is overigens ook de schrijver van het standaardwerk over valkenjacht, "De arte venandi cum avibus", de kunst van het jagen met vogels.

De roofvogeljacht, het groeit uit tot een koninklijke, aristocratische sport. Grote vorsten, zoals koning Henry VIII, Louis XIV en ook onze eigen prins Maurits van Oranje ontpoppen zich tot fervente jagers. De roofvogels in kwestie krijgen grote stallen. Grote luxueuze stallen, zoals die van de paarden. De valkeniers kunnen rekenen op een uitstekend betaalde baan.

Men jaagt in de eerste instantie met zo groot mogelijke roofvogels en uilen, in de veronderstelling dat deze vanwege hun grootte meer kunnen vangen. De keuze valt echter op de slechtvalk, geducht om zijn snelheid en accuratesse. De slechtvalk die op alle punten terrein wint.

De jacht met dieren neemt gaandeweg af, mede door de uitvinding van geweren enzovoorts. De val van een groot deel van de adel tijdens de Franse Revolutie doet de jacht eveneens geleidelijk aan verminderen.

De valkerij is nooit echt uitgestorven en vindt nog op kleinere schaal plaats. Sinds 2010 staat deze sport op de UNESCO Werelderfgoedlijst.

Vind ik leuk
Bewaar deze blog

Meer over