Een zonnige zaterdag
07.06.23 En dat was het op 3 juni. Vroeg opstaan, leuk, ze gaan de uiltjes ringen. Eerst even..
Door
Bernice Goffin
Bernice Goffin | maandag 6 mei 2019 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 974x
Elk jaar weer blijft het me verbazen hoe ongelofelijk snel die minuscule kale, blinde beestjes veranderen in echte koolmezen. De verengroei van onze kuikens in nestkast 1 is intussen bijna voltooid: hier en daar nog wat kale plekjes of onvolgroeide vleugel- en staartpennen, maar het merendeel van de veren zit er al. De jongen klinken intussen ook al als echte meesjes: heeft u de bedelroepjes al gehoord? De komende tijd zult u dit geluid overal kunnen horen: heel Nederland zal dan bezaaid zijn met rondfladderende koolmeesfamilies.
De honger van onze jongen is niet te stillen en de ouders vliegen dan ook af en aan met hapjes. De jonge koolmeesjes lijken langzaamaan door te krijgen waar het eten vandaan komt en af en toe zie je ze nieuwsgierig richting de ingang van de nestkast kijken. Wat is er toch te vinden buiten dat gat? Het is nog wel even erg spannend om dat uit te vinden: de jongen zijn behoorlijk diep weggezakt in het nest en om het nestkommetje te verlaten waarin je bent geboren is natuurlijk een hele stap.
We zien de jongen regelmatig fladderen om hun vleugels aan te sterken. Een essentiële oefening: het is erg belangrijk dat de jonge koolmezen snel kunnen vliegen als ze de nestkast verlaten. Anders zijn ze een makkelijke prooi voor een heel scala aan roofdieren. De komende dagen zullen we zien dat de jongen steeds nieuwsgieriger worden naar de buitenwereld. Ze zullen de nestkast gaan verkennen, in de ingang hangen en uiteindelijk zelfs uitvliegen. Dit zal nog maar een paar dagen duren, dus geniet ervan zo lang het duurt! En gelukkig kunnen we nog iets langer doorgenieten van de meesjes in nestkast 2!
07.06.23 En dat was het op 3 juni. Vroeg opstaan, leuk, ze gaan de uiltjes ringen. Eerst even..
07.06.23 Wat een prachtige beelden weer vandaag! Man kerkuil doet me denken aan een poortwacht..
06.06.23 Worden het er niet te veel? Hoe komt het toch, dat er gemakkelijk zo gedacht wordt? I..