Jonge torenvalken en jonge vel..
18.06.25 De torenvalkjongen zijn momenteel aan het uitvliegen. Ze worden eerst nog door hun ou..
Door
Jasja Dekker
Jasja Dekker | maandag 16 juni 2025 | Vind ik leuk | Bewaar deze blog | 39x
Mijn werkkamer zit vlak onder de dakpannen, en die liggen pal zuid. Afgelopen dagen was het daar akelig heet. Het zal in deze dagen ook in de BdL kast wel warm worden, ook al ligt hangt ie in de schaduw, in een open schuur en onder een veel koeler rieten dak. Hoe gaan de kuikens, en hun ouders, om met hitte?
De eerste aanpassing is om te verspreiden. In mei kan het nog koud zijn, en liggen de jongen als de moeder op pad is, dicht op een kluitje. Als de temperatuur in de kast oploopt, gaan de dieren verder uit elkaar zitten, zoals op de foto hierboven. Of lekker bij de frisse ingang van de kast, zoals in de header van dit bericht te zien is.
Als het in de kast nog heter wordt, is er nog een truc. In plaats van ‘gewoon’ hijgen, kunnen vogels ook iets doen dat in goed Nederlands “Gular Fluttering” heet. Je zou het kunnen beschrijven als “keeltrillen”. Daarbij laat de vogel zijn keel (de gularisstreek) snel op en neer bewegen, meestal met de snavel open. Dat zorgt voor verdamping van vocht in de keelholte, wat helpt om overtollige warmte kwijt te raken. Het heeft ook wel wat weg van gewoon hijgen, maar het kost minder energie, en het waterverlies is ook minder. Het is heel mooi te zien op deze video van kerkuilen in de woestijn. Of op de still onderaan dit bericht.
Maar zelfs dat is niet altijd voldoende. Canadese kerkuilkastenkijkers melden dat bij een hittegolf in Canada complete nestjes jongere kerkuilen stierven door oververhitting. Kuikens van oudere nesten hielden het bij oplopen van de temperatuur in de kast al snel voor gezien en sprongen de kast uit. Gelukkig landden ze meestal in stro en bleven de ouders voeren.
Omdat kerkuilen voorkomen van gematigde streken als Nederland, tot diep in de woestijnen van Amerika, Afrika, en het Midden Oosten. En ze varieren van zeer bleek, tot bijna rood, en hebben veel tot geen zwarte vlekjes op de borst. Dat maakte het mogelijk om een van de klassieke ‘regels’ van de biologie te testen: Gloger’s regel. De illustere Constantin Wilhelm Lambert Gloger liet voor het eerst zien dat diersoorten in droge, koele streken donkerder zouden zijn dan diersoorten in vochtiger, warme streken. Onderzoekers bepaalden de kleur van een hoop kerkuilen uit Noord-Amerika (1369 stuks, als je het precies wilt weten), en inderdaad. Kerkuilen in koele streken waren donkerder (rossiger), en hadden meer vlekjes in vochtiger gebieden.
Met hitte heeft dat trouwens niet perse iets te maken. Lichtere dieren zouden minder opwarmen in de zon, maar uilen kruipen liever weg in een donker hoekje. Alternatieve verklaringen die worden geopperd, zijn dat donkere veren minder snel worden afgebroken door bacteriën, en dat lichtere dieren minder opvallen in de bleke woestijnenbodems.
Voor de liefhebber: het boek waarin Gloger zijn regen uit de doeken doet is hier te vinden als een pdf-bestand van 25 Mb. Prachtig ingescand.
18.06.25 De torenvalkjongen zijn momenteel aan het uitvliegen. Ze worden eerst nog door hun ou..
18.06.25 Wel eens afgevraagd waar die K dan voor staat? Sinds kort weet ik het zeker. Het is d..
17.06.25 Blij zijn met dat wat er is, dat is de kunst. En, dat geldt ook zeker voor de kijkers..
Meld je aan voor Vogelnieuws en ontvang nieuws, inspiratie en tips over vogels. En blijf op de hoogte van beschermingsprojecten en evenementen.
Meld je aan