Lege kasten, maar de bossen vol met jonge Koolmeesjes. Voor de Koolmees loopt het broedseizoen langszaam naar het einde.
Hoewel er nu nog vogelsoorten moeten beginnen met broeden (of net zijn begonnen) loopt het broedseizoen voor de koolmees in sommige gebieden ten einde. Maar niet in alle gebieden, we zien daarin zeker wel verschillen.
In sommige bossen zien we dat koolmezen niet aan tweede legsels beginnen. Opvallend is dat het erop lijkt dat dit het geval is in bossen op rijkere gronden. Hier zijn blijkbaar niet voldoende rupsen en dat 'voelen' de koolmezen. En dan begint een koolmees niet aan een tweede broedsel.
In andere bossen - die dus meer op armere gronden liggen - zijn er meer rupsen. Hierbij kan je denken aan de Hoge Veluwe en Twente. En in deze bossen zien we dan ook substantieel meer tweede legsels. Het lijkt wel alsof in deze bossen er iets is waardoor er meer rupsen aanwezig zijn. En de koolmeesjes zien of voelen dat en reageren daarop.
En dan nog even over de kabelhaspel-koolmees (zie dit blog), tot op heden heb ik nog geen update mogen ontvangen hoe het daar mee staat. Zodra ik die binnen heb dan zal ik daar op deze plek over berichten.
Het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) doet fundamenteel en strategisch ecologisch onderzoek. Met meer dan 300 onderzoekers en studenten is het NIOO één van de grootste onderzoeksinstituten van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW).
De NIOO-ers bestuderen organismen, populaties, levensgemeenschappen en ecosystemen. Samen onderzoeken ze de volle breedte van planten-, dier- en microbiële ecologie, zowel op het land als in het water.
Bezoek de website van NIOO
Vogelbescherming Nederland - Samen voor vogels en natuur
